TIPS
06 oktober 2022, 09:17
- Uit de ‘Hoofdlijnenbrief Arbeidsmarkt’ van de minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid blijkt dat de bewijslast voor het wel of niet zelfstandige werken komt bij de werkgever. De gezagsverhouding is het belangrijkste criterium voor de beoordeling van een arbeidsrelatie. De werkgever zal dus aan dienen te tonen dat een zzp’er ook daadwerkelijk zelfstandig werkt en er dus geen loonheffingen ingehouden hoeft te worden. Dit zorgt ervoor dat uitbuiting van schijnzelfstandigen verdwijnt en daardoor de zzp’er beschermd wordt.
- Indien u door de coronacrisis nog een schuld open heeft staan bij de Belastingdienst, dient u vanaf 1 oktober 2022 beginnen met het aflossen van de schuld. U heeft hier maximaal 5 jaar de tijd voor. Inmiddels heeft de Tweede Kamer een motie aangenomen om onder voorwaarden de aflossingstermijn te verlengen naar 7 jaar. Wie hiervoor in aanmerking komt, is nog niet bekend.
- Automobilisten gaan in 2030 niet meer voor het bezit van een auto maar voor het gebruik ervan. Dit betekent dat u moet gaan betalen per gereden kilometer. De voorbereidingen zijn in gang gezet en moet uiterlijk 1 januari 2025 afgerond zijn.
- Het kabinet wil vanaf 2025 alleen nog maar dat er elektrische zakelijke leaseauto’s in Nederland rijden.
- Het beleidsbesluit over ‘het rechtsherstel’ is op 1 juli 2022 in werking getreden. In het beleidsbesluit wordt aangegeven dat het alleen gaat om de aanslagen Inkomstenbelasting voor de jaren 2017 tot en met 2022 en geldt voor de volgende groepen:
- Belastingplichtigen die in een kalenderjaar op tijd bezwaar hebben gemaakt en van wie dit bezwaar is aangemerkt als ‘massaal bezwaar’
- Belastingplichtigen van wie de aanslag inkomensbelasting nog niet onherroepelijk vaststond op het moment van het arrest van de Hoge Raad en die niet onder de massaal bezwaarprocedure vallen. En belastingplichtigen van wie de aanslag na 24 december en voor 1 juli 2022 is vastgesteld zonder dat er rekening is gehouden met het Hoge Raad-arrest.
- Belastingplichtigen van wie de aanslag op het moment van inwerkingtreding van het besluit nog niet is vastgesteld. Bijvoorbeeld de aanslag over 2022
Er volgt alleen compensatie voor het box 3 vermogen als de berekening van het beleidsbesluit lager uitvalt dan wat eerder is vastgesteld.
- Werkgevers met een start-up kunnen meestal geen (hoge) lonen betalen aan hun werknemers. In plaats daarvan kunnen er rechten op aandelenopties uitgegeven worden. Het uitreiken van deze aandelenopties is een vorm van loon. Indien de werknemer deze aandelenoptie benut, moet de werkgever loonheffingen inhouden en afdragen. Het komt voor dat start-ups niet genoeg liquide middelen bezitten op het heffingsmoment wanneer deze optie wordt benut. Het kabinet wil daarom het heffingsmoment op aandelenoptierechten verleggen naar het moment dat deze aandelen kunnen worden verhandeld. Het wetsvoorstel die dit mogelijk moet maken, is aangenomen door de tweede kamer. De minister van Economische Zaken en Klimaat heeft aan de Tweede kamer laten weten dat de wet in elk geval niet voor 1 januari 2023 in werking zal treden.
- Met de Wet invoering minimumloon wil het kabinet een eerlijker en transparanter minimumloon. De hoogte van het loon wordt dus voor iedereen gelijk en inzichtelijker. In juni 2022 is de Tweede Kamer akkoord gegaan met het initiatiefvoorstel voor de Wet invoering minimumloon. De beoogde ingangsdatum is 1 januari 2024. De invoering van het minimumloon heeft ook gevolgen voor de loonkostensubsidie. De loonkosten subsidie compenseert werkgevers voor het verschil tussen het minimumloon en de loonwaarde van de werknemer met een arbeidsbeperking.
- Werknemers kunnen vaak via hun werkgever een aanvullend pensioen opbouwen. De pensioenaanspraak is nu onbelast en wordt pas belast bij uitkering van het pensioen. De belastingheffing wordt dus uitgesteld. De pensioenregeling dien dan wel binnen de fiscale regels te blijven. Overschrijdt de pensioenregeling deze fiscale regels, dan heeft dit financiële gevolgen voor de werknemer:
- De werknemer dient direct belasting te betalen over de waarde van de pensioenregeling. Dit betekent dat later bij de uitkering geen belasting meer betaald hoeft te worden.
- De pensioenpremies zijn niet langer vrijgesteld en worden direct belast
- De werknemer dient 20% revisierente te betalen
- De tijdelijke UBO-regeling blijft tot 1 januari 2023 en komt op het volgende neer:
- Financiële instellingen kunnen voorlopig volstaan met de bevestigingsmail die onderneming ontvangen bij het inschrijven in het UBO-register
- Financiële instellingen krijgen uitleg van de klant over welke gegevens zijn opgegeven in het UBO-register en de bijbehorende documentatie.
- Zodra de Kamer van Koophandel de registratie heeft verwerkt, dient de onderneming dit te melden bij de financiële instelling.
- Het kabinet wil met ingang van 2024 de bedragen voor de meeste griffierechten met 25% verlagen. Bij civiele zaken geldt de verlaging niet voor vorderingen van meer dan € 100.000. In het bestuursrecht geldt de verlaging voor vrijwel alle zaken, dus ook belastingzaken.